Logboek

Ik ben Hans Koemeester opstapper op de Mac O. En sinds 1994 gebrevetteerd duiker.

Door het zeezeilen ben ik in aanraking gekomen met de duiksport. Heb jaren met een open catamaran gezeild en ging zomers veel mee met schippers die richting Engeland gingen. Eén van de schippers had zelfs duikapparatuur aanboord. Zowel een duikcompressor als duikuitrustingen. Heb mijn introductieduik in het openwater gemaakt voor de kust van Engeland. Met deze schipper “Rob Beijnsdorp” een bekende schipper heb ik heel wat zeemijlen gemaakt. Rob had het plan om met de ‘Pride of Mother sea’ trajecten van 6 weken op de wereldzeeën betaalde reizen te organiseren. Rob heeft het schip zelf gebouwd maar helaas was zijn schip te duur geworden en hij kon de bank niet terugbetalen en moest het uiteindelijk verkopen. Het schip een Collin Archer is nog steeds in de vaart en kan nog steeds gehuurd worden met of zonder schipper.

Ik zou ook een traject mee gaan en Rob zou het heel fijn vinden als ik mijn duikbrevet zou halen. Het was geen vereiste maar hij zou het toch wel prettig vinden als ik mijn papiertjes daar voor haalde. Zo gezegd zo gedaan. Alleen was dus het feit dat er geen schip meer was toen ik mijn brevet had.

Uiteindelijk ben ik dus een duikvereniging gaan zoeken en er was er zelfs een bij mijn in het dorp. Duikteam de Dolphijn genaamd naar het voormalige zwembad in Assendelft. Bij deze vereniging heb ik mijn duikervaringen opgebouwd tot wat het nu is. Ben inmiddels al een duikje of 400 rijker. Bij de vereniging liep Coen Onstwedder ook rond. Coen was al wat langer lid. Coen was toen al eigenaar van een schip. Hij had een vaste bemanning en bij tijd en wijlen was er wel eens een plekje vrij en mocht ik mee. De voorzitter van de club wilde ook graag zijn eigen schip en daar ben ik lange tijd vaste bemanning van geweest. Helaas is een eigenschip geen goedkope hobby en heeft het schip uiteindelijk verkocht. Heb toen nog heel wat jaartjes met Roel Vijver meer geweest op de Benguela. Was na lange tijd club lid af. Maar vulde nog wel mijn flessen bij de club. Coen heeft mij toen uitgenodigd om eens met hem mee te gaan. En zo is het gekomen dat ik nu weer regelmatig met hem mee ga.

Ik moet zeggen na volle tevredenheid. Coen is een goede schipper en het schip is zeker voor zijn taak goed uitgerust. Zowel motorisch als de apparatuur die hij aan boord heeft.  Ferry is Coen zijn vaste maatje die verzorgd het stouwen van de duikuitrustingen en neemt het ankeren voor zijn rekening. Dit zijn maar een paar activiteiten die Ferry uitvoert. Op de achtergrond is Ferry bezig om de site van de Northseadivers te onderhouden enz enz.

Maar een dagje mee met Coen is echt een ongelofelijke ontspanning. De laatste keer waren Peter Vet (ook vaste bemanningslid) René van den Berg en Ferry mee. Vertrektijd was 6.30. Iedereen had er weer zin in. In de sluis die ons naar de Noordzee toe laat, (We vertrekken uit Den Helder en Coen zijn schip ligt in een binnenhaven). was de sfeer al super best. Niemand moest bijkomen van het vroeg uit het mandje te komen. Het was al lachen, gieren en brullen in de sluis. Het was gezellig van af het eerste uurtje. Coen heeft altijd verse koffie mee en ik neem altijd gevulde koeken mee. De motor met 230 pk aanboord is als we het wad opgaan inmiddels op bedrijfstemperatuur en met een fluitend geluid van de turbo scheren we richting Noordzee. Het is echt een genot om de motor te horen werken.  Het zou een mooie dag worden qua weer . De golven waren niet hoger dan 50 tot 60 cm. Het was toch wel fris op het water. Ik kleed mij altijd goed aan. Maar de andere klaagde dat het toch wel fris was. Op het land was het beter toeven dat melde de vrouw van Coen, Simone heeft nog even gebeld. We waren nog binnen het bereik van de telefoon. De eerste duik zou een klein wrakje zijn. Nou dat was het ook. Met de apparatuur van Coen lag het anker er precies overheen. Nou was het ook niet groter dan 1.5 vierkante meter. We zijn alle vier beneden geweest en hebben gezocht naar meer maar er was niet meer. Goed er was nog tijd om snel naar een ander wrak te varen om ons aldaar nog voor de kentering in het water te laten zakken. Helaas was de kentering al in gezet dat we beneden waren en vond ik de stroom te veel en ben met René naar boven gegaan. Ferry en Peter hebben wel iets langer gedoken. Om van boord en aan boord te komen staat Coen altijd behulpzaam klaar. We zouden 2 duiken maken, duiktijd was s’middag ergens rond half 3. De tijd die je hebt tussen twee duiken is zo’n 5 uur. Ik heb denk ik wel een 3 kwartier even geslapen. In die tussentijd is Ferry even een anker wezen loshalen van een schipper die in de zelfde haven ligt als Coen. Hij was aan het vissen en kreeg zijn anker niet meer los. Hugo van de Red Rover was uitgevaren met duikers. Even buurten bij de mannen. Die wilde toch wel even met Coen kennismaken tegelijkertijd overhandigde Hugo zijn laptop er was iets mee, Ferry kijk jij er even naar was de vraag. Ferry had het nog voor dat we de mannen terugbrachten al voor elkaar. Want er moest even op vol vermogen gevaren worden. Is gewoon even kicken de Mac O doet het zonder morren maar gromt er heerlijk op los. Is gewoon genieten als ik het goed zeg loopt hij ergens tussen de 25 en 30 knopen.

De tweede duik was heerlijk ontspannen duiken. Zat nog wel even met mijn voet in de lijn van René maar het zicht was niet verkeert, zelfs beter als de ochtendduik. Toen hadden we hoogwater. Meestal met hoogwater is het zicht beter maar dat zegt dus ook niets. Het is dus geen wet dat bij hoogwater beter zicht is. Uiteindelijk was het weer tijd om terug te gaan naar de haven. Deze keer geen zeehond voor de sluis. De vorige keer kwamen we een zeehond tegen voor de sluis. We hebben toen nog makreel gevangen en konden hem naar 3 keer gevoerd te hebben uit de hand laten eten. Het is een behouden vaart geworden en zijn met een gebruind gezicht weer naar huis gekeerd. Moe maar voldaan en onwijs veel plezier gehad.

Hans Koemeester